De Canarische Eilanden zijn ontstaan na uitbarstingen van vulkanen. De oudste eilanden, Fuerteventura en Lanzarote, zijn ongeveer 18 miljoen jaar geleden ontstaan. Een aantal van de eilanden, namelijk La Palma, El Hierro, Lanzarote en Tenerife, zijn vulkanisch nog steeds actief. Dankzij de vruchtbaarheid van lava is vooral de flora op de Canarische Eilanden enorm divers. De Canarische eilanden beslaan tezamen een oppervlakte van 7447 km2 en bevatten een spectaculaire afwisseling aan landschappen. Van stranden en woestijngebieden tot bergketens en subtropische wouden. Door passaatwinden vanuit de Sahara hebben de eilanden het gehele jaar door een warm klimaat met temperaturen van gemiddeld 18 graden in de winter en 28 graden in de zomer.

De bevolking van de Canarische eilanden zijn enthousiast in het behouden van diepgewortelde tradities en kunstnijverheid. De ambachten omvatten onder meer borduurwerk, keramiek, kantklossen en houtsnijwerk. Elk eiland heeft zijn eigen specialiteit. La Gomera staat bekend om zijn gevlochten manden, Tenerife is het centrum voor traditionele potten in Guanche stijl en op El Hierro maakt men schitterend geweven tapijten en tassen. In de stad Ingenio op Gran Canaria vind je het mooiste borduurwerk van de eilanden. Deze ambachten komen voort uit invloeden van allerlei culturen, waarvan de Guanche-ontwerpen het meest authentiek zijn. Deze zijn nagemaakt van archeologische vondsten en worden traditioneel uitgevoerd. Het betreft dan vooral aardewerk in de Moors-geïnspireerde Azulejos stijl. Ook Carnaval speelt een grote rol op de Canarische eilanden. Het Carnaval van Santa Cruz op Tenerife, met spectaculaire kleding en Latijns-Amerikaanse muziek, wordt wel vergeleken met de spektakels van Rio de Janeiro en New Orleans. Deze vindt jaarlijks plaats tijdens de 10-14 dagen voor de Aswoensdag.

De Palmeros noemen La Palma ook wel ‘La Isla Bonita’, hetgeen het mooie eiland betekent, maar ook wel ‘La Isla Verde’, hetgeen het groene eiland betekent. De naam ‘het groene eiland’ is geheel terecht, want La Palma heeft adembenemende plekken en een enorme diversiteit aan vegetatie. De oorzaak hiervan ligt in de hoeveelheid regen die valt en in het vermogen van de Canarische pijnbomen om nevel te condenseren. Tezamen met de Canarische zon en het vruchtbare lava een vormt dit een succesvolle basis voor planten. De vegetatie bestaat uit subtropische bossen, laurierbossen met enorme varens, maar ook uit lagergelegen lavavelden met vetplanten en cactussen.

Op La Palma zijn de karakteristiek Drago’s, drakenbloedbomen, te bewonderen. Tezamen met de weelderige tuinen van de bewoners maakt dit La Palma onbetwist tot het groenste eiland van het Canarische archipel. La Palma is het op vier na grootste eiland van de archipel en heeft de vorm van een vuistbijl. Afgaande op de gemiddelde hoogte, vergeleken met de oppervlakte (706 km2), is La Palma één van de meest bergachtige eilanden ter wereld. De Roque de los Muchachos is de grootste berg, met een hoogte van 2425 meter. De laatste vulkaanuitbarsting van de gehele archipel was op La Palma, in 1971. Dit was in het zuiden, waardoor dit deel zich nu karakteriseert door zwarte lavavelden en roodbruine rotsen. De bevolking van La Palma leeft voornamelijk van de landbouw, die succesvol is door de overvloed aan water. Producten zijn bananen, druiven, avocado’s maar ook tabak dat wordt verwerkt tot sigaren. Deze doen volgens kenners niet onder voor de Cubaanse sigaar.

Ben jij na het lezen van dit artikel benieuwd geworden en wil jij de Canarische Eilanden wel een keertje bezoeken? Neem dan even een kijkje op: http://www.canarische-eilanden.info/